Voor deze chutney zijn harde peren nodig. Rijpe peren bevatten meer sap. Dat sap verdund het kookvocht waardoor het minder stroperig kan worden. Bovendien worden stukjes rijpe peer snel moes, terwijl harde peer hun structuur behoudt.

Chutney is heerlijk bij pittige gerechten zoals curries. Ook is een lepeltje lekker door jus van bijvoorbeeld kip, wild of gehaktballetjes. Het is lekker bij een kaasplateau, bij paté en leuk als cadeautje.

Bijgerecht voor 3 – 4 potten

Bereidingswijze

1. Schenk de azijn in een pan. Schil de peren, verwijder het klokhuis, snijd het vruchtvlees in stukjes en roer die direct door de azijn zodat ze niet bruin worden.
2. Pel en snipper de uien. Schil de gember en snijd in kleine stukjes. Snijd desgewenst de rozemarijnnaaldjes fijn. Doe dit in de pan bij de peren.
3. Voeg suiker, kruidnagels, kaneelstokje, wat zout en de (gewassen) rozijnen toe en breng het mengsel al roerend aan de kook.
4. Laat de chutney in een open pan zachtjes ¾ - 1 uur koken. Roer nu en dan en let op dat de pan niet droog kookt. Voeg eventueel een klein scheutje water toe.
5. Maak de potten en deksels goed schoon in de vaatwasser of met kokend water.
6. Verwijder het kaneelstokje. Vul de potten met de chutney, draai de deksels erop en zet de potten 10 minuten op hun kop.
7. De chutney is enige maanden houdbaar. Na openen in de koelkast bewaren.