De leden van het nieuwe kabinet zijn geselecteerd op wendbaarheid bij het innemen van standpunten. Maar zou er ook gekeken zijn naar hun diplomatieke vaardigheden?
Onze nieuwe bewindslieden doen er goed aan het artikel te lezen dat de New York Times publiceerde over hoe Janet Yellen haar diplomatieke rol invult.
Yellen, een kleine maar onverzettelijke vrouw, is de treasurer van de Amerikaanse regering. De bewaker van de schatkist; de minister van Financiën, zeg maar. In de afgelopen drie jaar heeft ze bijna 500.000 kilometer afgelegd om her en der met vertegenwoordigers van regeringen, banken en het zakenleven te overleggen. Om te praten over handelstarieven en dat soort taaie onderwerpen. Maar Yellen geeft er een zwierige draai aan.
Op haar diplomatieke rondreizen snuift Yellen graag de cultuur op van de streken en landen waar ze terecht komt. Ze bereidt zich grondig voor en laat zich voor overleg uitnodigen in restaurants en barretjes waar het lokale eten geserveerd wordt. En dus eet ze in Mexico City mayonaise gemengd met friszurige mieren. Of ze waagt zich aan 25-jarige knoflook in een Iraans restaurant. Of aan paddo’s – paddestoelen met hallucinerend effect – in Peking.
De in stijf pak gehesen bobo’s die Yellen ontvingen, keken in het begin wel op van het eigenzinnige gedrag van Madame Treasurer. Ze draaiden bij toen ze merkten dat de onderhandelingen er niet onder leden, integendeel. Bovendien werd Yellen een serieus te nemen fenomeen op de sociale media. Hordes Chinezen gingen uit hun dak toen ze op foto’s zagen dat Yellen met stokjes at. Ze voelden zich gewaardeeld.
Yellen bleef nuchter. Eten met stokjes, dat kan iedereen in Washington, New York en California, zei ze.
Ja, daar wel. Maar zou Trump het ook kunnen?