Ik ben geen toetjesmens en houd eigenlijk niet van pannenkoeken, maar voor een echte clafoutis een ovenpannenkoek met zoete fruitvulling – kun je me ’s nachts wakker maken. Dit super traditionele en echt Frans nagerecht werd tot voor kort alleen nog door Franse oma’s in de Limousin gemaakt. En alleen in de zomer als de kersen rijp en zoet waren. Maar de clafoutis is herontdekt en wordt telkens weer in een nieuw jasje gestoken. Je kunt nu elk soort fruit gebruiken. Zelfs hartige clafoutis zijn helemaal hip. Ik heb een dik Frans kookboek in mijn kast met echt alleen clafoutisrecepten.
Maar het lekkerste recept is nog steeds het recept dat ik ooit van Ton Fagel kreeg, toen ik met Ton, Paul en Maryette Fagel het kookboek Aan Tafel met Fagel maakte. Dat recept gebruik ik nog steeds als basis, ik varieer er ook lustig op los. Voor deze clafoutis heb ik verse vijgen gemarineerd in mijn zelfgemaakte sloe gin. Crème de cassis is een goed alternatief. De vijgen heb ik vers geplukt van mijn eigen vijgenboom in Frankrijk. Daar is het nu echt vijgentijd!
Bereidingswijze
- Halveer de vijgen en schep ze in een wijde kom voorzichtig om met sloe gin of crème de cassis. Laat de vijgen 1 uur marineren.
- Verwarm de oven voor op 175 °C. Klop in een beslagkom de eieren met suiker met de handmixer tot een luchtig crèmekleurige mengsel. Voeg al kloppend de bloem met wat zout erdoor en vervolgens ook de gesmolten boter, crème fraîche en melk.
- Schenk het beslag in de taartvorm of ovenschaal en verdeel de vijgen over het beslag, druk ze er iets in. Niet te ver, want het beslag rijst rond de vijgen omhoog.
- Zet de taartvorm of ovenschaal op het rooster in het midden van de oven en bak de clafoutis in 45 minuten goudbruin en gaar.
- Bestrooi de clafoutis uit de oven direct met poedersuiker. Laat iets afkoelen of tot lauwwarm en bestrooi vlak voor het serveren nog een keer met poedersuiker.