September staat voor mij voor ‘back to normal’! Die mooie zomer – maar niet heus – is nu echt voorbij en iedereen doet weer gewoon zijn ding. Naar school of aan het werk. September was een heel groot deel van mijn culinaire leven de maand van het gewone eten. Het was de maand dat de vrouwenbladen en culinaire magazines met het opgeheven vingertje even lieten zien hoe je het gewone ritme weer oppakte door ‘gewoon’ te eten. Bloemkool dus, want daarvoor was september het seizoen. Bovendien stond bloemkool al tientallen jaren op nummer 1 in de ‘gewone groente-toptien’. Bloemkool met gekookte aardappeltjes en saucijsjes, natuurlijk opgediend met zo’n vies wit papje en nootmuskaat. Kaassaus mocht ook of heel gewaagd een kerriesausje. Tot men dit bij de tijdschriften toch te gewoon begon te vinden. Bloemkool zakte bijna weg in het diepe gat der vergetelheid.

Bijna… want die prachtig roomwitte bloemkool nam wraak, schudde alle duffe sausjes van zich af en staat nu op in de trendy groente-toptien gewoon weer op nummer 1. Witte bloemkool blijkt een groente met potentie. Er zijn legio mogelijkheden om bloemkool eens anders klaar te maken. Ook op gewone doordeweekse dagen. Bloemkoolsteaks uit de grillpan zijn momenteel heel hip en niet moeilijker klaar te maken dan gekookte bloemkool. Hetzelfde geldt voor geroosterde bloemkoolroosjes uit de oven. Of denk eens aan beetgare bloemkoolroosjes in frittata, hartige taart, roerbakgerechten of stamppot.

Bloemkool blijkt voor foodies die koolhydraten mijden de ideale vervanger voor couscous of zelfs rijst. En ook kinderen die groenten haten, eten zonder blikken of blozen een bordje nasi goreng van bloemkoolrijst leeg. Je maakt bloemkoolrijst simpel door stukken stronk in de keukenmachine in stukjes zo klein als rijstkorrels te hakken. Dit is meteen ook een probaat middel tegen voedselverspilling. Dat hebben de supermarkten ook ontdekt. Want daar vind je naast de bloemkoolroosjes ook in de koeling ook bakjes met bloemkoolrijst.

Bloemkoolcouscous heb ik nog niet gezien. Dat maak je als volgt: snijd de buitenste piepkleine roosjes van de grote rozetten en haal ze uit elkaar.  Deze kleine roosjes hebben hetzelfde korrelige mondgevoel als echte couscous. Je kunt het ook zo verwerken. Van de bloemkool die overblijft maak je een heerlijk romige soep.

Je zou bijna vergeten dat gewoon gekookte bloemkool ook heel lekker is. Niet met zo’n wit gebonden melksausje, maar met een vinaigrette met veel fijngehakte verse kruiden. Of een geurige olie met gevijzelde specerijen als verse kurkuma, korianderzaadjes en komijnzaadjes. Kortom, maak er met bloemkool gewoon een ongewone dag van!