Filodeeg lijkt lastig om mee te werken maar is juist heel makkelijk in het gebruik. Je moet alleen even uitkijken dat het niet uitdroogt. Laat velletjes die je nog niet gebruikt op elkaar liggen en dek ze af met een doek. Ze kunnen worden bestreken met wat gesmolten boter of olie en met hartige of zoete ingrediënten worden bestrooid of belegd. Vervolgens kunnen ze worden dichtgevouwen om een vulling heen of eenvoudig op elkaar gelegd zoals bij de kaneelkoekjes hieronder. Ze hoeven dan alleen maar te worden gebakken tot ze krokant zijn. Dat gaat trouwens lekker snel!
Recept voor 6 koeken
Bereidingswijze
- Verwarm de oven voor op 180°C.
- Smelt de boter (bijv. in een kommetje in de magnetron).
- Knip de filovellen in vieren. Leg drie velletjes op een bakplaat. Bestrijk deze met boter. Bestrooi met een wat grof gemalen peper en grof zout.
- Leg hier en daar een blaadje kervel, peterselie of koriander. Leg er vervolgens een andere velletje deeg bovenop, bestrijk met wat boter en verkreukel ze een beetje.
- Bak de koeken in enkele minuten bruin en knapperig: houd het goed in de gaten want het kan heel snel gaan. Bak op dezelfde manier nog 3 koeken. Goed laten afkoelen en luchtdicht in een trommel of plastic zak bewaren tot je ze nodig hebt.